Medische Encyclopedie
Inhoud
- Wat is syndroom van sjögren?
- Kan ik er zelf iets tegen doen?
- Wat kan de apotheker voor mij doen?
- In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?
- Welke medicijnen worden gebruikt bij
Syndroom van Sjögren
Wat is syndroom van sjögren?
Het syndroom van Sjögren is een auto-immuunaandoening: het afweersysteem valt uw eigen lichaam aan. In dit geval tegen de klieren in de slijmvliezen, zoals traan- en speekselklieren. Deze klieren ontsteken en maken daardoor minder slijm en vocht. Dit geldt vooral voor de slijmvliezen in de ogen, mond, neus en vagina.
Soms zijn er ook klachten van bijvoorbeeld gewrichten of longen. U kunt een grieperig gevoel hebben en erg moe zijn. Ook kunnen er pijnklachten van spieren en gewrichten ontstaan.
Het syndroom van Sjögren kan op alle leeftijden ontstaan, maar komt vooral voor bij vrouwen rond de middelbare leeftijd.
De aandoening is zeldzaam. De oorzaak van het syndroom van Sjögren is niet bekend.
Soms komt de ziekte van Sjögren voor bij een andere auto-immuunziekte zoals reumatoïde artritis (RA) of systemische lupus erythematodes (SLE).
Kan ik er zelf iets tegen doen?
De aandoening is niet te genezen. Wel kunt u de klachten verminderen:
- De huisarts kan u oogdruppels voorschrijven (kunsttranen).
- Zuig op een suikervrij zuurtje of neem regelmatig een slokje water.
- Gebruik thuis en op het werk een luchtbevochtiger.
- Gebruik bij het vrijen zo nodig een glijmiddel.
Wat kan de apotheker voor mij doen?
Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.
- Receptcontrole
De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.
- Overzicht van uw medicijnen
Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.
- Delen van informatie over uw medicijnen met andere zorgverleners
Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.
- Begeleiding bij nieuwe geneesmiddelen
Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.
- Ondersteuning als u uw medicijnen weleens vergeet in te nemen
De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.
- Persoonlijk gesprek over uw medicijnen
Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.
- Medicatiebeoordeling
Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.
- Zelfzorg
Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.
- Bezorgservice
Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.
In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?
Welke medicijnen worden gebruikt bij
Kunsttranen
Kunsttranen kunt u gebruiken bij droge ogen die ontstaan door het syndroom van Sjögren. In kunsttranen zit een bevochtigingsmiddel dat het traanvocht in het oog dikker maakt. Hierdoor voorkomen deze kunsttranen uitdroging en irritatie van het hoornvlies.
Voorbeelden zijn kunsttranen met conserveermiddel en kunsttranen zonder conserveermiddel.
Kunstspeeksel
Kunstspeeksel houdt de mond vochtig. Het verdikkingsmiddel in het kunstspeeksel zorgt dat de gel of spray aan de slijmvliezen in mond en keel blijft kleven. Hierdoor zijn de slijmvliezen bedekt en houdt het de mond daardoor een tot twee uur vochtig.
Natriumfluoride
Door de droge mond heeft u meer kans op tandbederf. Natriumfluoride kan dit tandbederf voorkomen. Bij een syndroom van Sjögren moet u een speciale tandgel met natriumfluoride gebruiken.
Pilocarpine
Pilocarpine stimuleert de werking van klieren, waardoor meer speeksel in de mond komt. Het kan een tot twee maanden duren voordat pilocarpine het beste werkt.
Vette oogzalf
Deze oogzalf gebruikt u wanneer het hoornvlies dreigt uit te drogen en te ontsteken. De vette oogzalf vormt een dun laagje vet op het hoornvlies. Zo gaat de vette oogzalf uitdroging van het hoornvlies tegen. Het kan enkele dagen duren voor de irritatie van het hoornvlies over is.
Ciclosporine
Als andere medicijnen niet helpen, kan de arts ciclopsorine voorschrijven. Ciclosporine onderdrukt de afweer. Hierdoor valt de afweer de eigen lichaamscellen, in dit geval van de traan-, speeksel- en slijmklieren, minder aan.
Triamcinolonacetonide injectie
De behandeling bestaat meestal uit kunsttranen en kunstspeeksel om de droge ogen of mond minder droog te maken. Soms is het afweersysteem ook actief tegen gewrichten en organen in uw lichaam. Deze raken hierdoor ontstoken. Uw arts kan dan triamcinolonacetonide-injectie voorschrijven om deze ontstekingen te remmen.